
Bij een onbewolkte lucht bepaalt de turbiditeit (troebelheid) van de atmosfeer hoe sterk het zonlicht wordt verstrooid en gereflecteerd. Meer stof en waterdamp zorgen ervoor dat de directe straling afneemt (de zon brandt minder fel in een heiige of vochtige atmosfeer), terwijl de indirecte (diffuse) straling dan juist groter is. Een van de manieren...
Gevonden op
http://home.kpn.nl/neele050/woordenboek/T.html

Bij een onbewolkte lucht bepaalt de turbiditeit (troebelheid) van de atmosfeer hoe sterk het zonlicht wordt verstrooid en gereflecteerd. Meer stof en waterdamp zorgen ervoor dat de directe straling afneemt (de zon brandt minder fel in een heiige of vochtige atmosfeer), terwijl de indirecte (diffuse) straling dan juist groter is. Een van de manieren...
Gevonden op
http://home.kpn.nl/neele050/woordenboek/T.html

Bij een onbewolkte lucht bepaalt de turbiditeit (troebelheid) van de atmosfeer hoe sterk het zonlicht wordt verstrooid en gereflecteerd. Meer stof en waterdamp zorgen ervoor dat de directe straling afneemt (de zon brandt minder fel in een heiige of vochtige atmosfeer), terwijl de indirecte (diffuse) straling dan juist groter is.Een van de manieren ...
Gevonden op
https://www.meteo-julianadorp.nl/Meteo-encyclopedie/Encyclopedie-T.html

Bij een onbewolkte lucht bepaalt de turbiditeit (troebelheid) van de atmosfeer hoe sterk het zonlicht wordt verstrooid en gereflecteerd. Meer stof en waterdamp zorgen ervoor dat de directe straling afneemt (de zon brandt minder fel in een heiige of vochtige atmosfeer), terwijl de indirecte (diffuse) straling dan juist groter is.Een van de manieren ...
Gevonden op
https://www.meteo-julianadorp.nl/Meteo-encyclopedie/Encyclopedie-T.html
Geen exacte overeenkomst gevonden.